Shaykh Ibn ‘Uthaymien (rahimahullaah) werd gevraagd: Een man weet dat de bron van zijn vaders bezit haraam is; kan hij van het voedsel van zijn vader eten? Indien hij niet eet van het voedsel van zijn vader, wordt dat dan beschouwd als ongehoorzaamheid (aan zijn vader)?
Hij antwoordde: De man die weet dat het bezit van zijn vader haraam is; indien het (bezit) op zich (i.e. vanuit de oorsprong) haraam is, dus in de zin dat hij weet dat zijn vader dit geld gestolen heeft van iemand, dan is het niet toegestaan om het te nuttigen. Indien jij weet dat jouw vader deze schaap heeft gestolen en het heeft geslacht, eet het dan niet en accepteer zijn uitnodiging niet. Maar indien het (bezit) haraam is vanwege de manier waarop het is verkregen, zoals wanneer hij werkt met (en handelt in) Ribaa (rente) of handelt met bedrog of wat daarop lijkt, eet dan, en de zonde rust op hem.
Het bewijs voor dit is: dat de Profeet (sallallaahu ‘alayhi wassallam) at van (hetgeen kwam van) het bezit van de Joden (i.e. wanneer hij giften en voedsel ontving van hen), van wie bekend is dat ze Ribaa nemen en haraam consumeren. Een Joodse vrouw gaf hem (sallallaahu ‘alayhi wassallam) vergiftigd schapenvlees in Khaybar, zodat hij zou sterven, maar Allaah beschermde hem daartegen tot een vastgestelde tijd. En een Joodse man nodigde hem uit om (gerst)brood en vet te nuttigen, hij accepteerde zijn uitnodiging en at het. En hij kocht voedsel van een Jood voor zijn familie, en hij en zijn familie aten ervan. Laat hem dus eten en de zonde rust op zijn vader.
[Liqaa al-Baab al-Maftoeh 13/188]
De volgende fatwa van de Shaykh bevat nog aanvullende informatie.
Shaykh Ibn ‘Uthaymien werd gevraagd: Is het toegestaan om cadeaus te accepteren van een man die werkt met (en handelt in) Ribaa (rente)?
Hij zei:
Het basisprincipe is, dat wat verboden is vanwege de manier waarop het is verkregen, is alleen verboden voor degene die het (zo) heeft verkregen en niet voor degene die het (vervolgens) van hem krijgt op een toegestane manier.[1] De profeet (sallallaahu ‘alayhi wassallam) accepteerde cadeaus van Joden, zoals toen een (Joodse) vrouw hem een schaap gaf in Khaybar. Hij handelde ook met hen; toen hij (sallallaahu ‘alayhi wassallam) stierf, zat zijn schild als onderpand bij een Jood. Hij deed dit, hoewel zij werkten met Ribaa (rente), zoals Allaah over hen zegt (in vertaling):
“En vanwege het onrecht van de Joden, hebben Wij voor hen bepaalde goede toegestane (soorten voedsel) verboden en vanwege hun veelvuldig afhouden van de Weg van Allaah.
En (vanwege) hun nemen van Ribaa (rente), hoewel hen dat verboden was en hun onrechtmatig eten van de bezittingen van de mensen. En Wij hebben voor de ongelovigen onder hen een pijnlijke bestraffing voorbereid.”
[An-Nisaa (4):160-161]
Baserend hierop; is het toegestaan om een cadeau te accepteren van iemand die werkt met Ribaa (rente), en is het ook toegestaan om van hem te kopen en aan hem te verkopen, tenzij er een belang zit in het schuwen van hem, in welk geval wij ons ervan zouden moeten onthouden vanwege dat belang.
Wat datgene betreft wat op zich (i.e. vanuit de oorsprong) haraam is, dat is haraam voor degene die het neemt en voor anderen.
Bijvoorbeeld, indien ik wijn als geschenk zou krijgen van een Jood of een Christen – die gelooft dat wijn toegestaan is – dan is het niet toegestaan om dat te accepteren, omdat dat (i.e. wijn) op zich haraam is.
Zo ook, indien een persoon geld zou stelen en wat daarvan aan een ander zou geven, dan is het niet toegestaan om dat te accepteren, omdat dit geld op zich haraam is.
[Liqaa-aat al-Baab al-Maftoeh (al-Liqaa ath-thaani) 1/76]
-----
[1] Het is overgeleverd in een sahieh overlevering van ‘Abdullaah bin Mas’oed, dat hij werd gevraagd over een persoon die een buurman had, die Ribaa (rente) consumeerde en hem uitnodigde om bij hem te eten. Hij (radiyallaahu ‘anhu) zei:
أجيبوه ؛ فإنما المهنأ لكم ، والوزر عليه
"Accepteer zijn uitnodiging; want het genot is voor jullie en de last (van de zonde) is voor hem."
[Jaami’ al-‘Uloem wal-Hukam (71)]
قد سئل الشيخ ابن عثيمين رحمه الله : رجلٌ علم أن مصدر أموال أبيه من الحرام، فهل يأكل من طعام أبيه؟ وإذا لم يأكل من طعام أبيه فهل يكون ذلك من العقوق ؟
فأجاب : "الرجل الذي علم أن مال أبيه من الحرام إن كان حراماً بعينه، بمعنى: أنه يعلم أن أباه سرق هذا المال من شخص فلا يجوز أن يأكله، لو علمت أن أباك سرق هذه الشاة وذبحها فلا تأكل، ولا تُجِبْ دعوته ، أما إذا كان الحرام من كسبه يعني: أنه هو يرابي أو يعامل بالغش أو ما يشابه ذلك ، فكل ، والإثم عليه هو .
، ودليل هذا: أن النبي صلى الله عليه وعلى آله وسلم أكل من مال اليهود وهم معروفون بأخذ الربا وأكل السحت، أهدت إليه يهودية شاةً في خيبر مسمومة ليموت ، ولكن الله عصمه من ذلك إلى أجلٍ مسمى . ودعاه يهودي إلى خبز شعير وإهالة سنخة (أي : دهن متغير الرائحة) فأجابه وأكل ، واشترى من يهودي طعاماً لأهله وأكله هو وأهله ، فليأكل والإثم على والده انتهى من لقاء الباب المفتوح 188/13
وقد سئل الشيخ ابن عثيمين رحمه الله تعالى : هل يجوز أخذ الهدية من رجل يتعامل بالربا ؟
فقال رحمه الله :
( القاعدة أن ما حرم لكسبه ، فهو حرام على الكاسب فقط ، دون من أخذه بطريق مباح ؛ وقد قبل النبي صلى الله عليه وسلم الهدية من اليهود ؛ فقد أهدته المرأة الشاة بخيبر ، وعاملهم ، ومات ودرعه مرهونة عند يهودي ، مع أنهم يتعاملون بالربا ، كما أخبر الله تعالى عنهم : ( فَبِظُلْمٍ مِنْ الَّذِينَ هَادُوا حَرَّمْنَا عَلَيْهِمْ طَيِّبَاتٍ أُحِلَّتْ لَهُمْ وَبِصَدِّهِمْ عَنْ سَبِيلِ اللَّهِ كَثِيرًا * وَأَخْذِهِمْ الرِّبَا وَقَدْ نُهُوا عَنْهُ وَأَكْلِهِمْ أَمْوَالَ النَّاسِ بِالْبَاطِلِ وَأَعْتَدْنَا لِلْكَافِرِينَ مِنْهُمْ عَذَابًا أَلِيمًا ) النساء/160-161 .
فعلى هذا يجوز قبول الهدية ممن يتعامل بالربا ، وأيضا يجوز معه البيع والشراء ، إلا إذا كان في هجره مصلحة ، فنعم ، فنمتنع من هذا لأجل المصلحة .
أما ما حرم لعينه ، فهو حرام على الآخذ وغيره .
فالخمر ـ مثلا ـ لو أهداها إليَّ يهودي أو نصراني ، ممن يرون إباحة الخمر ، فلا يجوز قبولها ، لأنها حرام لعينها .
وكذلك لو سرق شخص مالا وأعطى غيره منه ، فلا يجوز قبوله منه ، لأن هذا المال حرام لعينه ) . لقاءات الباب المفتوح ، اللقاء الثاني 1/76 بتصرف يسير
|
|
Site Admin
Geregistreerd op: 09 Nov 2006
Berichten: 138
|
